Aflevering 2 - 'Mannen, gelooft niet dat ik een landverrader ben.'

Wat Johan Derksen niet weet, is dat de interesse voor de staatsman bij het jonge voetbaltalent reeds een half jaar eerder was gewekt. Hij stuitte toen op een krantenartikel waarin de zusters Els (Tullingh) en Anke van Oldenbarneveld (inderdaad met een ‘d’) lieten weten een zoektocht naar zijn beenderen op te willen starten. De zussen beweren in dat artikel net als hij nazaat te zijn van Johan van Oldenbarnevelt. Els gaf te kennen haar hele leven geïnteresseerd te zijn in ‘het verhaal van zijn tot de verbeelding sprekende leven en zijn gruwelijk einde’. Ze wisten SP-kamerlid en historicus Ronald van Raak voor hun zaak te winnen. Hun eerste gezamenlijke missie luidde: de grafkamer onder het gebouw van de Eerste Kamer moet worden geopend, om daar op zoek te gaan naar de beenderen, zodat die restanten opnieuw kunnen worden begraven, maar nu op een plek die in hun ogen heel wat beter past bij de status van raadpensionaris.
Ronald van Raak, die al veel eerder pleitte voor archeologisch onderzoek, was toen zeer optimistisch gestemd over het welslagen van de missie. ‘Door de grootscheepse verbouwing van het Binnenhof heeft het  plan veel meer kans van slagen. Het is nu of nooit, beter worden de omstandigheden niet om te gaan spitten en graven’, liet hij enthousiast in de krant optekenen.  Ook premier Mark Rutte –zelf historicus-  mengde zich in de zaak. Hij liet weten dat er een vooronderzoek gaat komen naar de mogelijkheid om de grafkelder voor dit doel te openen. Van Raak zei nog ‘verbaasd te zijn over de geringe belangstelling voor het gegeven dat de Senaat is gebouwd op de plek waar Van Oldenbarnevelt waarschijnlijk is begraven.
Maarten van Rossem dacht het antwoord wel te weten. ‘Tot ver in de twintigste eeuw zat de koninklijke familie niet zo te wachten op een overdaad van aandacht voor Van Oldenbarnevelt die immers door toedoen van een Oranje het leven heeft gelaten’, had de populaire historicus en televisiemaker zijn mening zo paraat. Helaas voor Van Raak en de gezusters zijn die hooggespannen verwachtingen niet uitgekomen. De betrokkenen konden het eerst lange tijd maar niets eens worden over het architectonisch ontwerp van het nieuwe Binnenhof.
Zo werd toparchitect Ellen van Loon van de klus afgehaald, omdat haar plannen niet overeenkwamen met die van de Tweede Kamer. Pi de Bruijn, de architect die verantwoordelijk was voor het ontwerp van de verbouwing van het Binnenhof in 1992, is nu met de klus belast.
Toen die kogel eenmaal door de kerk was, doemde de stikstofkwestie op. De grootscheepse verbouwing’ is daardoor op de lange baan geschoven. Het is dus niet ‘nu of ‘nooit zoals Van Raak stelde, ooit zal het er best van komen, maar na de verwoestingen door het coronavirus zal niemand er van opkijken als het project een nog veel langere vertraging oploopt.  In oktober 2019 maakte staatssecretaris Raymond Knops van Binnenlandse Zaken bekend dat de renovatie van het Binnenhof definitief met een jaar is uitgesteld. Naast stikstof waren er nog meer obstakels, zoals het gebrek aan personeel en bouwmateriaal. Ook werden er extra eisen gesteld aan de ICT-afdeling en de beveiliging. De kosten van het uitstel zou worden gefinancierd uit de projectbegroting van de renovatie van het Binnenhof. Weinigen hebben er nog vertrouwen in dat de spaden in oktober daadwerkelijk de grond zullen ingaan.  
Door die teleurstellende gang van zaken heeft de jonge Johan niet de moeite genomen om contact te zoeken met Els en Anke, hoewel hij best benieuwd is hoe de familieband precies in elkaar steekt. Als jeugdige topsporter in wording heeft hij over afleiding en belangstelling niet te klagen. Vrijwel iedereen met wie hij in contact komt, wil wel iets van hem. En wat in het vat van het Binnenhof zit, verzuurt na zoveel eeuwen geschiedenis niet’. Met die gedachte lukt het hem voorlopig om zijn nieuwsgierigheid te compenseren.  Het zal volgens Van Raak bij blootlegging bovendien heel moeilijk zijn om de beenderen van Van Oldenbarnevelt eruit te filteren. ‘Maurits wilde destijds voorkomen dat zijn grootste vijand een martelaarsgraf kreeg. Dus verdween zijn lichaam –gescheiden van zijn hoofd- in het graf van de hofkapel, tevens de rustplaats van diverse graven van Holland. Behoorlijk anoniem dus. Toch denk ik wel dat die moeite moet worden genomen. Let wel, dit is de grootste staatsman die Nederland ooit heeft gekend’, onderstreepte Van Raak de gevoelens van Johan Derksen.
In het artikel wordt ook nog Martijn van Oostrom van het Haags Historisch Museum opgevoerd. Volgens hem doen ook verhalen de ronde dat hij uiteindelijk begraven is in Berkel en Rodenrijs. ‘In aanloop naar de grote expositie meldden zich ook mensen die claimden familie te zijn en weer andere informatie verschaften over zijn laatste rustplaats. Uiteindelijk bleef dat redelijk vaag en hebben we er om die reden niets mee gedaan’.
De ogen van de jonge Johan schieten even terug naar de inleiding en lezen:  Johan van Oldenbarnevelt was raadpensionaris van de Staten van Holland tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Hij werkte daarin samen met Maurits van Oranje, de tweede zoon van Willem van Oranje. Doordat de oudste nazaat van Willem van Oranje, ook Willem geheten, door de koning die wij zo lang hebben geëerd op prille leeftijd naar het Spaanse hof is gehaald, werd Maurits automatisch beschouwd als de opvolger van de Vader des Vaderlands. Aanvankelijk konden Maurits en de oudere Johan het uitstekend met elkaar vinden, maar de twee verschilden in de loop der decennia steeds heftiger van koers, waardoor Maurits uiteindelijk een even rigoureus als bloederig besluit nam, verpakt in een drogreden: De onthoofding van Van Oldenbarnevelt op het Binnenhof.
In een aflevering van ‘Andere Tijden’  wijst premier Rutte de exacte plaats op het Binnenhof aan waar het bloederige spektakel zich ruim vier eeuwen geleden heeft afgespeeld. Pal voor de Ridderzaal moet Van Oldenbarnevelt vlak voor de beul zijn historisch zwaar beladen werk zou doen de legendarisch woorden ‘Mannen, gelooft niet dat ik een landverrader ben’ hebben uitgesproken. Natuurlijk probeerde ‘Andere Tijden’ ook nog te achterhalen waar de twee in de loop der decennia nu precies steeds heftiger van mening over gingen verschillen. Er was echter geen deskundige te vinden die daar zijn handen aan wilde branden. Wel betwijfelden velen of Van Oldenbarnevelt het woord ‘landverrader’ echt in de mond heeft genomen. Nederland was toen immers nog geen land, dus er viel in staatsrechtelijke zin ook niets te verraden.
Auteur en cabaretier Frank van Pamelen lanceerde in zijn spannende roman ‘De Wraak van Vondel’ een wel heel originele visie op het dispuut. Niet Willem van Oranje maar Johan van Oldenbarnevelt is de biologische vader van Maurits. Toen de prins papieren in handen kreeg die inderdaad in deze richting wezen, besloot hij het zekere voor het onzekere te nemen.  Zijn ‘vader’ moest onherroepelijk van het toneel verdwijnen, anders zou Maurits gigantische Oranje-erfenis wel eens ernstig in gevaar kunnen komen. Dat nooit!  Maurits was niet alleen een gevreesde vechtjas die oorlog voeren als zijn ware roeping beschouwde. Een sterke neiging tot graaien in de schatkist kon hem ook niet bepaald ontzegd worden,  een familiekwaal waar later veel meer Oranjes mee behept bleken. ‘Man, Macht en Moord’ was dus wel heel juist gekozen om als vaandeldrager van de expositie te fungeren.  Van Pamelen beweert ook nog dat de ‘Vader des Vaderlands’ in biologische zin helemaal geen vader was. Al ‘zijn’ kinderen zouden verwekt zijn door een steeds andere pappa. Van Oldenbarnevelt zou in die rij mede verantwoordelijk zijn voor de geboorte van Maurits.  Willem van Oranje had het immers veel te druk met oorlog voeren.