Zondag 19 juni

ROZENKRANSEN VOOR COMMUNICANTJES

Diverse vaste kerkbezoekers keken zondagochtend even vreemd op toen ze de O.L. Vrouwekerk binnen traden voor het bijwonen van de wekelijkse viering. De vaste bezoekers kregen gezelschap van een opvallend groot aantal keurig geklede jonge kinderen, veelal in het gezelschap van hun al even feestelijk uitgedoste ouders.
Het was dan ook geen gewone viering. Pastoor Marc Lindeijer SJ ging voor in een Eerste Heilige Communieviering, en bij dit soort speciale gelegenheden is hij op zijn best. Voor alle negen communicantjes had hij een persoonlijk woord in petto, bovendien sprak hij duidelijker en luider dan ooit tevoren. Of de kerk is inmiddels van een nieuwe geluidsinstallatie voorzien dat kan natuurlijk ook. De ouders/verzorgers hadden kosten noch moeite gespaard om hun nageslacht zo keurig mogelijk voor de dag te laten komen. Pasen mag dan al weer achter ons liggen, de communicantjes zagen er allemaal op hun Paasbest uit. Lindeijer aarzelde niet om de woorden prinsen en prinsesjes in de mond te nemen toen hij het bonte gezelschap vlak voor zich aanschouwde. De jongens droegen een mooi maatkostuumpje, waar ze ongetwijfeld al snel weer uitgegroeid zijn, maar Lindeijer benadrukte dat dit dan ook de belangrijkste dag in hun jonge leven is. Heilige Communie vieren doe je maar een keer in je leven en daar mag in zijn ogen best werk van worden gemaakt. Twee meisjes gingen zelfs als twee heuse Amalia's gekleed. Onder toeziend oog van hun trotse en glimmende ouders mochten ze allemaal een bijbeltekst declameren. Lindemeijer zei niet te verwachten dat alle kinderen voor een kloosterleven zullen kiezen, maar als ze opgroeien tot gelukkige burgers die alle gelegenheid krijgen om hun dromen te realiseren, is het in zijn ogen ook goed. De pastoor was uiteraard ook niet met lege handen naar de viering gekomen. 'Fietsen en computers heeft de katholieke kerk niet te bieden. In die behoefte voorzien jullie ouders wel, mits jullie braaf zijn geweest uiteraard'. Voor allen had hij wel een rozenkrans meegenomen.
Toen was het moment daar dat de prinsjes en de prinsesjes werden uitgenodigd om de belofte af te leggen.
'Zeg: "In de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Amen." Neem het kruis van de rozenkrans in je handen en nu zeg je de Geloofsbelijdenis: Ik geloof in God, de almachtige Vader, Schepper van hemel en aarde'. En zo geschiedde. Ook ontvingen zij het lichaam van Christus, in de vorm van het bekende stukje tarwe dat aansluitend aan de gehele kerk werd aangeboden.
Het leven mag volgens Herman van Veen (een dag eerder met een gedateerde registratie van zijn grootste hits nog te zien geweest op NPO1) dan ook niet uit louter rozengeur en maneschijn bestaan, een rozenkrans kan er wellicht wel toe bijdragen dat het dagelijks bestaan heel wat dragelijker wordt. "Nu we aan het slot van de dienst zijn gekomen, kan ik me voorstellen dat jullie zo snel mogelijk de kerk uit willen rennen om een eigen feestje te vieren, het ziet er naar uit dat de zon die nu nog schuil gaat achter donkere wolken vanmiddag echt gaat schijnen, maar natuurlijk wens ik jullie allen een mooie- en zonnige toekomst toe, en wellicht is dit een mooie gelegenheid om daar vast je gedachten over te laten gaan'.
UITLEG
De rozenkrans is de naam van een gebed dat gebaseerd is op 150 weesgegroeten; de naam 'rozenkrans' wordt ook gebruikt voor het gebedssnoer dat bij het gebed gebruikt wordt.
'Psalter van Maria'
In de vroege middeleeuwen raakte in kloosters het bidden van alle 150 psalmen uit de Bijbel in zwang. De Psalmen werden in een voor Gebed geschikte vorm verzameld in een apart boek, het zogenaamde 'psalter' of 'psalterium'. Voor gewone gelovigen raakten varianten op het psalmgebed van de kloosterlingen in zwang. Zo ontstond een soort 'volkspsalter'. In plaats van de 150 psalmen werden in de volkspsalters 150 vaste gebedsformules herhaald. Aanvankelijk domineerde daarbij het Onze Vader, maar omstreeks de 14e eeuw werd in het Westen het Weesgegroet het dominante gebed. Het volkspsalter was voortaan een 'Psalter van Maria'.
Rozenkransgebed
Het werd al snel gebruik om in het Psalter van Maria de reeks van 150 Weesgegroeten op vaste plaatsen te onderbreken voor in totaal vijftien Onze Vaders en het overwegen van vaststaande geloofsgeheimen. Daarmee was het rozenkransgebed zoals we dat nu nog kennen een feit.
Bekransing met een snoer van rozen
In de sterke Mariadevotie van de late Middeleeuwen werd het rozenkransgebed al snel zeer populair. Allerlei legenden over het gebed ginge de ronde doen. Aan een daarvan ontleend het gebed zijn naam. Volgens de bewuste legende neemt Maria de Weesgegroeten uit de monden van haar dienaren aan, om ze als rozen aan een snoer te rijgen; met dit snoer bekranst ze zich vervolgens.
Bruid
Een rozenkrans was in de late middeleeuwen het symbool voor een bruid. De Kerk wordt in het Nieuwe Testament de 'bruid van Christus' genoemd. Maria is het zinnebeeld van de Kerk. Als zinnebeeld van de Kerk past het Maria om, als een bruid, een rozenkrans te dragen. Nu is duidelijk wat een schitterend beeld het is, als Maria in de legende van de door haar ontvangen Weesgegroetjes een snoer van rozen maakt: het gebed van de gelovigen siert Maria, en daarmee de Kerk, de bruid van Christus.
Gebedssnoer
Het rozenkransgebed wordt gebeden met een gebedssnoer. Dit snoer heet, net als het gebed, 'rozenkrans'. Het gebruik van een gebedssnoer heeft de rooms-katholieke traditie overigens gemeen met andere tradities, met name in het Oosten.
Tientjes
Het snoer van een rozenkrans is bezet met 5 groepen van elk 10 kleine kralen, de zogenaamde 'tientjes'. De tientjes worden van elkaar gescheiden door grote kralen, 5 in totaal. Op elke kleine kraal wordt een Weesgegroetje gebeden, op elke grote kraal een Onze Vader.
Volledig rozenkransgebed
In het complete rozenkransgebed komen alle kralen van het gebedssnoer ieder drie maal voorbij: zo komt de gelovige in zijn gebed op 3 x 5 x 10 = 150 Weesgegroetjes en 3 x 5 = 15 Onze Vaders.